Circulaire verschenen over VVPRbis-dividenden

Fiscaal advies
6 februari 2021 - Marty Vankemmel

Circulaire verschenen over VVPRbis-dividenden

In 2013 werd de VVPRbis-regeling in het leven geroepen waarbij sommige dividenden onder bepaalde voorwaarden van een verlaagd tarief in de roerende voorheffing konden genieten. Hoe dat tarief juist moet bepaald worden, heeft de Administratie nader toegelicht in een recent gepubliceerde circulaire van 23 april 2021.

VVPRbis

VVPR staat voor ‘verlaagde voorheffing-précompte réduit’. ‘Bis’ verwijst gewoon naar het feit dat deze regeling steunt op een vorige. Indien alle voorwaarden vervuld zijn, wordt het normale 30%-tarief van de roerende voorheffing in de VVPRbis-regeling na enige tijd verlaagd naar 20% en in een daaropvolgende fase naar 15%. De VVPRbis is enkel mogelijk voor een inbreng in geld na 1 juli 2013 in een kleine vennootschap (in de zin van het vennootschapsrecht). Aanvankelijk was een wettelijk minimumkapitaal vereist, maar dat is door de recente hervorming van het vennootschapsrecht naar de prullenmand verwezen voor verhogingen en verminderingen van kapitaal vanaf 1 mei 2019. De aandelen die in ruil voor de inbreng uitgegeven werden, mogen niet preferent zijn en moeten nieuw en op naam zijn. Preferente aandelen zijn aandelen die een voorkeursbehandeling genieten, meer bepaald recht hebben op een groter dividend dan andere aandelen. Daarnaast moet op het moment dat het dividend toegekend wordt, volgestort zijn. Tot slot blijft de verlaagde roerende voorheffing in principe maar van toepassing als de inbrenger de aandelen ononderbroken in volle eigendom behouden heeft vanaf de inbreng.

Verlaging

Krachtens de wet geldt de verlaging naar 20 % voor dividenden die toekomen aan nieuwe aandelen, voor zover zij zijn verleend of toegekend uit de winstverdeling van het tweede boekjaar na dat van de inbreng. De verdere verlaging naar 15 % geldt wanneer de dividenden worden verleend of toegekend uit de winstverdeling voor het derde boekjaar en volgende na dat van de inbreng. In het verleden werd reeds de vraag gesteld aan de minister van Financiën of het verlaagd tarief (20 of 15 %) enkel kan gelden voor de winst van het betreffende tweede of derde (of volgende) boekjaar, of dat men ook vorige reserves of overgedragen resultaten tegen het verlaagd tarief kan uitkeren. De minister heeft toen geantwoord dat de wettelijke bepalingen niet voorschrijven op welke wijze de winstverdeling moet gebeuren, al dan niet door de algemene vergadering, of wat de oorsprong van de dividenden moet zijn, al dan niet de winst van het lopende boekjaar of vorige boekjaren. De fiscus bevestigt in haar nieuwe circulaire dat het verlaagd tarief ook op een interimdividend (dat geput wordt uit het resultaat van het lopende boekjaar) of tussentijdse dividend (dat geput wordt uit de beschikbare reserves en de overgedragen winst) van toepassing kan zijn.

Interimdividend

In haar circulaire schrijft de Administratie dat een interimdividend en een tussentijds dividend weliswaar een verschillende oorsprong hebben, maar dat ze beide in de winstverdeling van het lopende boekjaar opgenomen worden. Dat boekjaar is doorslaggevend om te bepalen of het om het tweede, dan wel om het derde (of een volgend) boekjaar gaat na dat van de inbreng (en dus om te bepalen of het tarief van 20 of 15 % geldt). De circulaire geeft een voorbeeld. Neem een kmo die opgericht is in november 2015 en haar eerste boekjaar afsluit per 31 december 2016, haar boekhouding vervolgens per kalenderjaar voert en in de loop van 2019 (op 30 november 2019) een interimdividend uitkeert. Dit interimdividend maakt deel uit van de winstverdeling van het boekjaar 2019. Het is dus toegekend uit de winstuitkering van het derde boekjaar (2019) na het boekjaar van de inbreng (november 2015 - 31 december 2016). Het verlaagd tarief van de roerende voorheffing bedraagt dus 15 %.

terug naar overzicht

Marty Vankemmel

Vennoot Alaska Ieper-Roeselare
+32 (0)57 20 06 04

Gerelateerde artikels

Fiscaal advies
25 april 2023 - Stefan Ghijsen

Wat zijn de aangiftetermijnen in 2023 voor de aangiften in de personenbelasting?

Grondige wijziging. 

Lees meer
Fiscaal advies
9 september 2022 - Stefan Ghijsen

Nieuwe berekeningswijze van de 80%-grens voor zelfstandige bedrijfsleiders

Laat uw premie herberekenen.

Lees meer
Fiscaal advies
19 juli 2022 - Stefaan Kindt

Afzonderlijke aanslag van 10% bij ten onrechte aanleggen liquidatiereserve terug te vorderen?

Wat zegt de minister van Financiën?

Lees meer

Nieuwsbrief

Altijd up-to-date blijven met Alaska

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws. Schrijf je meteen in voor de Alaska nieuwsbrief!