De taxshift: zegen of vloek voor uw artsenpraktijk? (artsenkrant)

Fiscaal advies
1 januari 2016 - Dirk van Collie

De taxshift: zegen of vloek voor uw artsenpraktijk? (artsenkrant)

De veelbesproken taxshift die de regering doorvoert, is vooral bedoeld om beroepsinkomsten minder te belasten en consumptie en kapitaal meer te belasten. De taxshift bevat algemene maatregelen rond vennootschappen, zelfstandigen en belastingen hebben natuurlijk impact op iedereen. Wat betekent die taxshift voor u als arts? We gingen te rade bij het accountancy- en advieskantoor Alaska, waar vennoot Peter Hacke ons alles haarfijn uitlegde.

BTW

Peter Hacke: “De enige maatregel die echt specifiek op artsen van toepassing is, is de invoering van 21% btw voor plastische chirurgie. Het is ook de enige maatregel die nieuwe inkomsten genereert bij artsen. Over het algemeen wordt een arts beter van de taxshift. Er zijn nog meerdere onduidelijkheden i.v.m. deze maatregel. Zo is het onder meer niet helemaal duidelijk waarop de BTW verschuldigd is. De maatregel is wel ingegaan op 1 januari, maar er moet nog een en ander worden geregeld en dus zitten we daar nog met enige rechtsonzekerheid. Vermits de btw wordt doorgerekend aan de patiënt, wordt de arts niet zwaarder belast, maar patiënten die plots 21% meer moeten betalen, zullen wellicht twee keer nadenken over een eventuele ingreep.” Ook zal het voeren van een btw-boekhouding op de afdeling plastische chirurgie een grote administratieve aanpassing betekenen. Het voordeel is aan de andere kant dat de btw op het aangekochte materiaal zal kunnen afgetrokken worden, wat een korting van 17% op de totale investeringskost betekent

Belastingen

De laagste belastingschijf wordt belast tegen 25%. Het bedrag dat tegen dat percentage wordt belast, wordt tegen 2020 lichtjes verhoogd. Als we verder in dit artikel getallen vernoemen, dan gaat het altijd om niet-geïndexeerde bedragen.

“Voor het inkomstenjaar 2016 wordt de schijf van 0 tot 5.705 euro tegen 25% belast. Tegen 2020 geldt die 25% voor een eerste schijf inkomsten tot 8.120 euro. Dat betekent ongeveer 2.400 euro extra die tegen 25% worden belast in plaats van nu 30%. Dat komt neer op een winst van zowat 120 euro per jaar.”

Men grijpt ook in op de forfaitaire beroepskosten?

“Loontrekkenden zullen voortaan meer beroepskosten forfaitair kunnen aftrekken. Iedere belastingplichtige kan op zijn belastbaar loon automatisch beroepskosten inbrengen die hij niet moet bewijzen. Dat forfait wordt tegen 2019 geleidelijk verhoogd, maar alleen voor de werknemers. Zo houdt men netto meer over. Vandaag zijn er nog verschillende schijven (van 29,35% dalend tot 3%) en tarieven en de forfaitaire maximumaftrek ligt nu op 2.592,50 euro. Het forfait wordt tegen 2018 eenvormig naar een tarief van 30% gebracht met een maximum van 2.950 euro. Zo vereenvoudigt men de belastingen ook, want minder mensen zullen er behoefte aan hebben om hun werkelijke beroepskosten te bewijzen. Deze maatregel wordt via een lagere inhouding van de bedrijfsvoorheffing onmiddellijk voelbaar gemaakt en betekent zonder bijsturing tegen 2019 voor een bruto loon van 2.000 ca 100 meer netto per maand.”

Er komt wel een speculatiebelasting?

“Speculatie wordt inderdaad meer belast. Wie aandelen koopt en die binnen de zes maanden na aankoop opnieuw verkoopt, zal op de eventuele meerwaarde 33% belastingen moeten betalen., terwijl de minwaarden niet zullen kunnen afgetrokken worden. Dat is één van de nieuwe belastingen die er moeten voor zorgen dat alles kan worden gefinancierd. De taks geldt alleen voor aandelen van beursgenoteerde vennootschappen en kan vermeden worden, als je zes maanden geduld oefent, vooraleer je de aandelen opnieuw verkoopt.”

Zelfstandigen en vennootschappen

De roerende voorheffing op roerende inkomsten, zoals intresten en dividenden wordt verhoogd van 25 tot 27 % ?

“Ja, maar voor de uitkering van winsten uit vennootschappen kan dat worden vermeden door de invoering sedert vorig jaar van de liquidatiereserve. Daar kunnen we elk jaar kiezen om tien procent extra betalen op de winst van het jaar. Het voordeel hiervan is dat qls we de centen in de vennootschap laten zitten tot bij de vereffening, we daar niets extra meer op hoeven te betalen.

Je hoeft zelfs ook niet per se de vennootschap te vereffenen of stop te zetten om een belastingvoordeel te doen met de liquidatiereserve. Als je meer dan vijf jaar wacht om de centen uit de vennootschap te halen, dan leg je maar 7% op en betaal je dus in totaal maar 17% in plaats van 27%. Alleen moet je dan wel vijf jaar geduld hebben. Je hoeft ook niet te blijven werken tot aan de vereffening van de vennootschap. De verhoging naar 27% geldt voor alle vennootschappen, maar bij uitkering van dividenden of bij stopzetting van de vennootschap kan die 27% gemakkelijker vermeden worden.”

De sociale bijdragen voor zelfstandige artsen dalen?

“Sociale bijdragen voor artsen dalen van 22% nu naar 20,5%. Dat lijkt niet wereldschokkend, maar het geeft voor het eerst wel een knik en voor wie de maximumbijdrage betaalt betekent dit 1.125 € minder. Tot nu toe kwam er elk jaar iets bij en nu komt er voor het eerst een daling. Op zich is dat een goed teken. Het is trouwens niet de enige maatregel op dat vlak.

Voor werknemers in een dokterspraktijk komt er ook een geleidelijke verlaging van de werkgeversbijdragen?

“De werkgeversbijdrage boven op het brutoloon bedraagt op dit moment ongeveer 34%. Tegen 2018 wil men dat terugdringen naar 25%. Dat is een aanlokkelijk vooruitzicht, maar de invoering volgt in fasen. Een zelfstandige arts - of een vennootschap – werkgever zal dus minder sociale zekerheidsbijdragen moeten betalen. Die verlaging van de werkgeversbijdragen moet werkgevers ertoe aanzetten om sneller iemand aan te werven of een loonsverhoging te geven.”

Startende praktijk

Vanaf 1 januari van dit jaar betaal je daarenboven voor de eerste werknemer die je aanwerft, levenslang (!) geen sociale zekerheidsbijdragen als werkgever meer. Op het brutoloon van die eerste werknemer dient voortaan alleen nog 13,07% RSZ en de bedrijfsvoorheffing ingehouden te worden. Maar er komt niets meer boven op het brutoloon van de eerste werknemer !”

Kmo’s

“Voor kmo’s met maximaal zes werknemers is er ook nog een bijkomende verlaging van de sociale lasten voorzien. Vandaag is dat al het geval tot de vierde of de vijfde werknemer, maar dat wordt uitgebreid tot de zesde werknemer.

Investeringsaftrek

Voor vennootschappen en zelfstandigen wordt de investeringsaftrek verhoogd?

“De investeringsaftrek gaat naar 8%. Wie in zijn zaak investeert, kan boven op zijn investering nog eens 8% extra aftrekken van zijn belastbare winst. Als je bijvoorbeeld voor 10.000 euro investeert, dan kun je 10.800 euro inbrengen. De investeringsaftrek van 8% is ook een beetje een vereenvoudiging van de belastingen. Vroeger had je twee tarieven: 3,5% voor zelfstandige artsen en 4% voor vennootschappen. Dat wordt nu voor iedereen gelijkgetrokken op 8%. Voor digitale investeringen ligt die bijkomende investeringsaftrek nog hoger. Wie investeert in betaalterminals, firewalls of cyber security, krijgt boven op zijn investering nog eens 13,5% extra belastingvermindering.”

Een lichte verhoging van de belastingen zit dan weer in de hervorming van de verlaagde btw van 6% bij verbouwingen en renovaties. Vroeger gold die verlaagde btw al voor woningen, ouder dan 5 jaar. Nu geldt hij pas voor woningen, ouder dan 10 jaar. Die 6% geldt alleen voor werken aan het huis in het algemeen en op voorwaarde dat minder dan 50% van het huis voor beroepsgebruik dient.

We kunnen besluiten dat de taxshift een nobel doel dient, namelijk meer mensen aan het werk krijgen. Elke artsenpraktijk is hier heel concreet mee gebaat, en zeker als er nog geen bediende is aangeworven ! Ook wie investeert krijgt een duwtje in de rug.

Wie reeds vermogen heeft opgebouwd zal zich iets minder gecharmeerd voelen: zowel wie heel risicovol belegt als wie een kasbon koopt. Een goede fiscale planning biedt evenwel nog genoeg mogelijkheden om voor u het maximale uit de tax shift te halen!

 

Luc Vander Elst

terug naar overzicht

Dirk van Collie

Vennoot Alaska Kortrijk-Ieper
+32 (0)56 22 26 02
+32 (0)495 59 83 37

Gerelateerde artikels

Fiscaal advies
25 april 2023 - Stefan Ghijsen

Wat zijn de aangiftetermijnen in 2023 voor de aangiften in de personenbelasting?

Grondige wijziging. 

Lees meer
Fiscaal advies
9 september 2022 - Stefan Ghijsen

Nieuwe berekeningswijze van de 80%-grens voor zelfstandige bedrijfsleiders

Laat uw premie herberekenen.

Lees meer
Fiscaal advies
19 juli 2022 - Stefaan Kindt

Afzonderlijke aanslag van 10% bij ten onrechte aanleggen liquidatiereserve terug te vorderen?

Wat zegt de minister van Financiën?

Lees meer

Nieuwsbrief

Altijd up-to-date blijven met Alaska

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws. Schrijf je meteen in voor de Alaska nieuwsbrief!