Interview in de artsenkrant: Uw vennootschap ontbinden
Een vennootschap die ooit werd opgericht, moet op een bepaald moment ook weer worden ontbonden. De ontbinding staat synoniem voor de juridische beëindiging van de vennootschap. Door de vereffening worden alle rekeningen voldaan en gaat wat er overblijft naar de aandeelhouder(s). Waarop moet u letten bij de ontbinding en vereffening van uw vennootschap.
Dirk Van Collie van Alaska Group: “Meestal houdt een artsenvennootschap op te bestaan bij de pensionering van de arts. Bij zo’n ontbinding komen verschillende aspecten kijken. Je hebt enerzijds de procedure – het juridische verhaal – en anderzijds het fiscale aspect. Maar eerst toch even opmerken dat een vennootschap niet altijd hoeft ontbonden te worden. Er is ook een mogelijkheid om de vennootschap eenvoudigweg een nieuwe bestemming te geven. De algemene vergadering kan dan gewoonweg beslissen om het statutaire doel te veranderen in bijvoorbeeld een immovennootschap. Zo kun je als arts je vennootschap een nieuw leven geven als een soort familiale patrimoniumvennootschap.
Snelle en trage procedure
Maar in het geval er geen reden meer is om je vennootschap te behouden, gaan we dus over tot ontbinding. Daar bestaan twee procedures voor: een gewone en een korte. In elke procedure moet sowieso een verslag opgemaakt worden door de zaakvoerder, met een staat van actief en passief gewaardeerd in discontinuïteit die maximaal drie maanden oud mag zijn.. Als de revisor verklaart dat die staat een volledig, getrouw en juist beeld geeft van het netto-actief, dan kan de notaris de akte verlijden waarbij vennootschap wordt ontbonden en in vereffening gesteld
Bij de gewone procedure wordt een verzoekschrift gestuurd naar de voorzitter van de rechtbank van koophandel om de benoeming van de vereffenaar te bevestigen. De vereffenaar is doorgaans de zaakvoerder zelf. Daarna wordt de vordering van de werkzaamheden eerst na 6 maand en daarna jaarlijks voorgelegd aan de rechtbank. Het is mogelijk om aan de aandeelhouders voorschotten toe te kennen op het liquidatiesaldo. Bij de finale afsluiting van de vereffening zijn alle activa liquide gemaakt en is iedere externe schuldeiser binnen de vereffening betaald. “Vanaf het ogenblik dat er geen schuldeisers meer zijn, wordt een verdelingssplan opgemaakt dat men weer ter goedkeuring naar de rechtbank stuurt. Na goedkeuring kan de afsluiting van de vereffening vastgesteld worden in een bijzondere algemene vergadering zonder naar de notaris te gaan.
Kmo’s en kleine (dokters)vennootschappen kunnen doorgaans die zware procedure links laten liggen en kiezen voor een eenvoudigere procedure: de ontbinding-vereffening in één akte. Daarvoor moet men aan drie voorwaarden voldoen: de vennoten nemen de beslissing met unanimiteit, er mag geen vereffenaar worden aangewezen en er mogen geen schulden zijn ten aanzien van derden. Aan de eerste twee voorwaarden kan men makkelijk voldoen. Om aan de derde te voldoen zorgt men ervoor dat alle schulden volledig vereffend zijn voor er wordt ontbonden. We betalen dus eerst alle schuldeisers of consigneren het geld bij de deposito- en consignatiekas, zodat er zekerheid is dat alle schulden zullen worden betaald. Wat daarna nog overblijft, komt alleen nog de aandeelhouder toe. Als er zekerheid is dat alle schulden zullen worden betaald, kan men in één akte ontbinden en vereffenen zonder tussenkomst van een rechtbank.”
Zowat 90% van alle vereffeningen vindt plaats in één akte, omdat dat het snelst en het goedkoopst is. Soms is de zwaardere procedure niet te vermijden, omdat er bijvoorbeeld nog ergens een onopgelost geschil is.“Artsen kunnen er doorgaans wel voor zorgen dat alle schulden vereffend zijn. Dat blijkt enerzijds uit de tussentijdse staat van actief en passief, die aan de revisor wordt voorgelegd. Voor de schulden die nog vermeld staan moet een betalingsbewijs kunnen worden voorgelegd. Zijn er geen schulden meer, dan kan de notaris de zaak afronden en de akte verlijden.”
Registratierechten
Bij een vereffening hoeft men niet per se alle goederen liquide te maken. Men kan goederen ook in natura toebedeeld krijgen. Er is een aspect van registratierecht, als er een onroerend goed in zit.
“Normaal betaalt men in Vlaanderen tien procent registratierechten op de venale waarde van een onroerend goed. Voor bvba’s en andere personenvennootschappen geldt een gunstregeling: bij de toebedeling van een onroerend goed in het kader van een vereffening aan de aandeelhouder die ook aandeelhouder was toen dat goed werd verworven met 10 of 12,5 procent registratierechten of met btw, dan geldt er een vast recht van 50 euro. De aandeelhouder of zijn erfgenamen krijgen zo het voorrecht om dat onroerend goed dat in die personenvennootschap is terechtgekomen terug naar dat persoonlijk vermogen over te hevelen zonder dat het verkooprecht verschuldigd is. Een tip daarbij: dit recht gaat over op de erfgenamen. Als de aandelen worden geschonken aan de kinderen, geldt dit niet. Hou dus altijd nog één aandeel dat je niet wegschenkt aan je kinderen om te laten vererven. Zo krijgen zij ook het voorrecht om dat te verkrijgen via het vast recht van 50 euro.”
Vennootschapsbelasting
Op de meerwaarden die bij een ontbinding of vereffening naar boven komen bij een verkoop aan derden of bij een toebedeling in het kader van de vereffening, worden belast volgens de gewone tarieven van vennootschapsbelasting. Daarnaast hebben we nog de roerende voorheffing: de derde belasting waarmee we geconfronteerd worden. Deze bedraagt bij een ontbinding standaard 30%.
Liquidatiereserve
“Heel wat vennootschappen zullen evenwel al liquidatiereserves hebben aangelegd. Op die aangelegde liquidatiereserves waar men vroeger vrijwillig al tien procent bijkomende heffing heeft op betaald, moet men bij een ontbinding niet nog eens betalen. Die reeds betaalde tien procent werkt dan volledig bevrijdend. Het is enkel als men een liquidatiereserve voor de ontbinding wil aanspreken dat een opleg van 5% is verschuldigd. Het is wel onmogelijk om nog snel een liquidatiereserve aan te leggen op de meerwaarde die naar boven komt bij de ontbinding en vereffening in één akte. Wie toch een liquidatiereserve wil aanleggen op de winst van het laatste jaar, kan opteren voor de procedure met twee aktes. Gezien een vennootschap in vereffening elk jaar zijn normale aangifte vennootschapsbelasting moet indienen, kan op dat moment nog gekozen worden voor de aanleg van een liquidatiereserve”, stelt Dirk Van Collie.
Een en ander moet goed worden afgewogen en de keuze van de procedure hangt natuurlijk af van de grootteorde van de bedragen die in het spel zijn. Een ontbinding en vereffening in één akte kan in drie maanden tijd rond zijn. Afhankelijk van de situatie kan de zwaardere procedure met twee akten een half jaar tot anderhalf jaar of langer in beslag nemen. Gaat het evenwel om grote bedragen, dan overstijgen de baten wellicht de lasten en kan men misschien toch beter opteren voor de zwaardere procedure.
Verder werken
“Een vennootschap die in vereffening is gesteld, mag geen nieuwe activiteiten meer ontwikkelen. Die mag enkel nog de lopende zaken afwerken. Je kunt niet je vennootschap opdoeken, je liquidatiereserves ontvangen zonder opleg en met een nieuwe vennootschap beginnen. Dit zou als fiscaal misbruik kunnen beschouwd worden. Als de vennootschap niet meer bestaat, mag je wel als arts voortwerken als natuurlijke persoon. Je komt dan terecht in de personenbelasting. Wie als gepensioneerde arts blijft bijverdienen bij zijn pensioen, maakt best vooraf goed zijn rekening. Je betaalt immers én sociale bijdragen én belastingen op wat je verdient en aan de andere kant verlies je geheel of deels de fiscale pensioenkorting op je pensioen. Dat kan een heel serieus belastingeffect hebben.”
De groepsverzekering
“Zodra de vennootschap is opgedoekt, kun je geen veranderingen meer aanbrengen in je individuele pensioentoezegging of je groepsverzekering, om bijvoorbeeld voor de meest gunstige fiscale regeling in aanmerking te komen. Regel die dingen op het moment dat de vennootschap nog bestaat, want na de ontbinding van de vennootschap kan dat niet meer worden herroepen. Hiervoor moet men aandacht hebben, want bij een ontbinding denkt men niet spontaan aan zijn verzekeringen”, sluit Dirk Van Collie af.
Dirk van Collie