T’is nog oal nie na de wuppe (maar het scheelt niet veel)
De prachtige song van het Zesde Metaal bevat een al even prachtige opsomming van zaken die moeten bewijzen dat de wereld nog niet “na de wuppe is”. Was ik Wannes Cappelle geweest had ik er het volgende aan toegevoegd : “wu verdienen nog ooltid mjeer dan dawwe belastingen betoalen” Hij kon er het volgende aan toegevoegd hebben : “moar het zoe rap kunnen verandern”
Vandaar dat 2017 door velen als een scharnierjaar beschouwd wordt. Wat ons betreft (en velen met ons) op drie fronten :
1. De belastingen op lonen en wedden moet naar omlaag.
Op die nagel werd al zo vaak geklopt dat hij niet meer te zien is. We lezen overal dat de tax shift of de vermindering van de lasten op arbeid zijn vruchten begint af te werpen omdat het aantal jobs toeneemt. Maar eigenlijk daalt die belastingdruk veel te weinig (en zijn die jobs er gekomen omdat de economie terug aantrekt). Too little and too late. Stel : een bediende met een brutoloon van 3.000 € houdt daar doorgaans 60 % van over. We zijn het al zodanig gewend dat we al blij zijn dat het 40 % is. Maar 40 % is veel. Teveel. Een aanslag, niet met bommen maar met belastingen. Als je de situatie bekijkt vanuit het standpunt van de werkgever is de situatie nog erger. Het hierboven vermelde brutoloon kost de werkgever plusminus 33 % of 4.000 € in totaal. Ga je naar bruto lonen van 4.000 € en meer dan bedraagt de druk al gauw 50 %. Zelfstandigen zijn er niet veel beter aan toe. Die mogen op bruto loon al gauw 22 % sociale bijdragen incalculeren. Ook daar loert het belastingspook van 50 % ook al heel snel om de hoek. Eigenlijk heeft die tax shift voor de middenklasse een paar honderd € per jaar opgebracht. Kruimels. Om dan nog maar te zwijgen van de stijging van andere kosten energie op kop. Cru gesteld : een middenklasser met zonnepanelen is zijn tax shift cadeautje al direct weer kwijt aan de nieuwe speciale bijdrage voor zonnepaneeleigenaars luisterend naar de poëtische naam “prosumententarief”. Wie lacht hier eigenlijk met wie ?
Bedrijven gaan dan op zoek naar alle mogelijke middelen om die belastingdruk te milderen. Forfaitaire kosten en dagvergoedingen zijn zeer populair gezien daarop geen belastingen verschuldigd zijn. Maar ook hier stootten bedrijven vaak op problemen zijnde een onwillige fiscus. Discussies over terugbetaling van kosten van 200 € komen vaak voor. Waarom laat men dat niet gewoon gerust ? Een “soort forfaitaire kostengedoogbeleid”. 90 km per uur is in België eigenlijk 95 km per uur. Iets in die aard. De populairste manier om medewerkers te vergoeden kennen we allemaal : de bedrijfswagen. Waar dat toe geleid heeft kennen we allemaal. Een auto moet rijden maar we staan stil. Afschaffen of ontmoedigen ? Ja zeker maar laat eerst de belastingen drastisch zakken en doe dat dan. Maar niet omgekeerd. Maar Oosterweel zal er vlugger zijn dan de belastingen zullen dalen tot een aanvaardbaar niveau. Als er geen auto’s meer zijn is Oosterweel ook niet meer nodig. Misschien is dat de reden ?
2. de belastingen op bedrijven – de vennootschapsbelasting – moet naar beneden.
Nu is dat doorgaan 30 % en maximaal 34 %. Dan spreken we nog niet van de kosten die worden verworpen. De fiscale schandvlek van 2016 is in deze context toch wel de verhoging van de roerende voorheffing naar 30 %. Een bedrijfsleider die een dividendbeleid voert of die zichzelf intresten toekent op zijn rekening-courant is zijn tax shift voordeel ook kwijt. En zelfs meer dan kwijt. Zijn belastingdruk is gewoon nog gestegen. 2017 wordt ook op dat vlak een scharnierjaar. Maar goed ziet het er niet uit. Want de verlaging van de vennootschapsbelasting moet budgettair neutraal zijn. Dan nog liever de verlaging koppelen aan een meerwaardebelasting op aandelen. Want als je die maatregel analyseert dan zal die nooit van toepassing zijn. Met wat zijn ze daar eigenlijk bezig ?
Het getalm duurt en duurt maar (Oosterweel !) en multinationals dreigen weg te gaan. Gaan ze dat werkelijk doen ? Misschien niet maar het draagt alleszins niet bij tot een goed imago. En de KMO’s ? Die hebben die keuze niet.
3. Maak die belastingen toch wat eenvoudiger
Reist U vaak met de trein ? Ik wel en ik zie hoe gek de Belg is op koterijen achter zijn huis. Die voorliefde werd doorgetrokken naar de fiscaliteit. Ook daar zien we heel wat “koterijen” of allerhande aftrekposten en uitzonderingen. Enkel die hards vinden er nog hun weg in. Maar dat is voer voor een nieuwe bijdrage.

Stefaan Kindt
Gerelateerde artikels

De auto thuis opladen? Een forfaitaire terugbetaling in 2025
Lees meer
Vlaams regeerakkoord! Tijd voor eindejaarsgeschenken?
Lees meer